De geest van Edom of de geest van zachtmoedigheid
Introductie
De geest van Edom, zoals die allereerst in Esau gevonden werd, is een anti-broederschapsgeest. Deze duistere grootvorst drijft broeders, die bijeen horen, uit elkaar! Wij willen nagaan welke negatieve eigenschappen Edom heeft, om deze in de praktijk te herkennen, als we deze tegenkomen. Het is van groot belang deze geest te overwinnen, zodat deze plaats moet maken voor zachtmoedigheid, dat is de geest en de mentaliteit van Christus.
Zachtmoedigheid is het klimaat, waarin broederschap tot ontwikkeling komt! “Wie is wijs en verstandig onder U? Hij tone uit zijn goede wandel zijn werken met wijze zachtmoedigheid” (Jak.3:13) Het wordt vragenderwijs en met zorgzaamheid aan de orde gesteld, omdat de ware, hemelse wijsheid hiertoe een vereiste is. Er komen in bepaalde gemeenten treurige toestanden voor, zoals de volgende verzen aangeven: “Indien gij echter bittere naijver en zelfzucht in uw hart hebt, beroemt u dan niet en liegt niet tegen de waarheid. Dat is niet de wijsheid, die van boven komt, maar zij is aards, ongeestelijk en duivels; want waar naijver (jaloersheid) en zelfzucht (i.p.v. dienstbetoon) heerst, daar is wanorde en allerlei kwade praktijk” (Jak.3:14-16). Demonen willen altijd onrust, brokken, verdeeldheid en leed in de gemeente berokkenen. De wijsheid van boven met zachtmoedigheid bevordert en bouwt de broederlijke gemeenschap daarentegen in onpartijdigheid en vrede op.
Het wezen van zachtmoedigheid tot ontwikkeling laten komen
Volgens het gezegde hebben de brutalen nu vaak de “halve wereld”, maar de zachtmoedigen beërven straks de (hele!) aarde (Matth.5:5).
Wij zijn geroepen om ALLE zachtmoedigheid te bewijzen aan ALLE mensen (Tit.3:2). Eén van de wezenstrekken in het leven van Jezus was zachtmoedigheid en nederigheid van hart (Matth.11:29) en nu mogen wij dat aandoen (Kol.3:12) en er steeds meer van krijgen!
Er mag zich een volheid aan goddelijke natuur in ons ontwikkelen, opdat dit proces ook in de zonen Gods leidt tot de werkelijkheid van “ik BEN zachtmoedig geworden door de werking van heilige Geest. Ook dit begint in ons nieuwe leven als een klein mosterdzaadje: ik HEB een klein beetje zachtmoedigheid en dat mag uitgroeien tot een voorraad van deze goddelijke deugd door karaktervorming.
In het Oude Verbond was Mozes een zeer zachtmoedig man, meer dan enig mens op de aardbodem (Num.12:3). Hij had behoorlijk veel zachtmoedigheid en geduld geleerd bij het vele jaren hoeden van de schapen van Jethro. Op de kwaadsprekerij en rebellie van Mirjam en Aäron reageerde hij niet met boosheid, maar liet het aan God over om hem te rechtvaardigen en bad voor Mirjam toen zij melaats werd (Num.12:1-16).
Toch viel hij op het laatst terug in een oude kwaal: de macht van drift kreeg hem opnieuw te pakken, zodat hij tweemaal op de rots sloeg, in plaats van ertegen te spreken, zoals de Here had gezegd. Mozes vond het volk weerspannig, maar verstond nog niet dat hijzelf voet had gegeven aan de geest van weerspannigheid (Num.20:10; Num.27:14).
In het Oude Verbond lezen we bijvoorbeeld ook nog: “een zachtmoedig hart is leven voor het vlees, maar jaloersheid is vertering voor de beenderen” (Spr.14:30).
De werking van de geest van Edom
Als wij willen groeien in God, dan komen wij harde, ongevoelige plekken bij onszelf tegen. De werking van harde machten kan ons parten spelen en onze ontwikkeling afremmen. Precies wanneer wij ons erin oefenen om ALLE zachtmoedigheid te bewijzen aan ALLE (=allerlei soort van) mensen, dan passeren wij een geest van onverschilligheid en onheiligheid, die kenmerkend was voor Esau (Hebr.12:18) en komen we ons tekort tegen aan de goede geest van bewogenheid en ontferming.
Hiervan kunnen we ons reinigen en losmaken, als wij hier elementen van herkennen in ons eigen leven. De enige hardheid, die ons past, is een harde opstelling tegenover zonde en tegenover de boze. Alle ander hardheid is hoogmoed, zelfhandhaving, onverzettelijkheid, weerspannigheid en ongezeggelijkheid.
De hoofdstad van Edom, Bozra, (Jes.63:1) betekent “versterkte plaats”. Edom is een beeld van de vleselijke gezindheid. De geest van Edom is een sta-in-de-weg voor broederschap en eenheid, zoals eertijds bleek in de verhouding tussen Jacob en Esau, waardoor zij bij elkaar weg gehouden werden. Het fort van zelfverdediging en hard oordelen over en zelfs veroordelen van andere broeders en zusters moet geslecht worden. Als dit bolwerk, waarin de vijand zich verschanst, valt, kan Jezus mij Zijn zachtmoedigheid leren. Dan is het afgelopen met het vervolgen van onze broeder met het “zwaard” en het verstikken van het medelijden (dat wil zeggen: het fnuikende denken over de ander in de trant van “net goed”) en kunnen Bozra’s burchten verteerd worden. Het resultaat van dit vallen van dit bastion van hardheid, eigen gelijk, zelfrechtvaardiging, leedvermaak, lasteren, wraakzucht (Ezech.25:12) en minachting (Ezech.36:5) is dat er aan de “BROEDERBOND” gedacht kan worden! (Amos 1:9-12).
De geest van Edom is sterk in het ondermijnen van broederschap en het plaatsen van wiggen, die tweespalt in broederschap teweeg brengen. Uiteraard wordt dit ondersteund met “harde meningen” en “hooghartige sterkte”. Laten we de werking van deze geestesmacht, die aansluiting zoekt bij een vleselijke gezindheid, meer in het vizier krijgen, opdat we niet het rijpen van de goede Geestesvrucht van zachtmoedigheid teniet doen of beperken.
De Here heeft gesproken: “Ik schil Esau af en leg zijn schuilhoeken bloot, wil hij zich verbergen, hij kan het niet” (Jer.49:10). Elke resterende werking van Edom mag aan het licht komen, opdat wij Gods gericht erover kunnen uitoefenen. Gaandeweg kunnen zo verlossers (heilanden, zegt de Statenvertaling), dat wil zeggen zonen Gods, de berg Sion (beeld van Gods goede dragende Geest) bestijgen (in toenemende heiliging) en het koningschap zal zijn aan de Here (Obadja 21).
Overmoed en moedeloosheid
Als wij ten strijde trekken tegen Edom (Obadja 1), dan komen wij overmoed tegen (Obadja 3). Daar wordt gesproken over Edom dat het trots is, een hoge woning heeft. Zelfs als wij “in de overwinning” en “in de lofprijzing” staan, bestaat er het gevaar om overmoedig te worden. In Sef.3:11 staat dat God uit uw midden de hoogmoedig juichenden verwijderen zal. “En voortaan zult gij NIET MEER OVERMOEDIG zijn op mijn heilige berg”. Gods bedoeling is: “opdat zij Hem dienen met éénparige schouder” (Sef.3:9). Op die wijze ontstaat er heerlijke broederschap en eenheid! Er blijft over een gebogen (!) en gering volk (=nederig op aarde) en wie schuilen bij de naam des Heren (Sef.3:19). Typerend voor hardheid is nu juist onbuigzaamheid! De geest van Edom is erop uit dat de ene schouder de andere verdringt, wat leidt tot concurrentie en het zaaien van verdeeldheid en een jaloerse geest tussen elkaar.
Het tegenovergestelde van overmoed is moedeloosheid, waarbij men de MOED in God verliest. Men voelt zich daarbij niet zacht en ootmoedig in God, maar slap en gevloerd door de aanklager. Iemand merkte eens raak op en dat is iets om voortdurend te onthouden: “Geef NOOIT, NOOIT, NOOIT de moed op, dat is het allerdomste dat je kunt doen”.
Is zachtmoedigheid slap?
Als wij lezen over “zachtmoedigheid”, dan kan er onmogelijk iets slaps of weeks mee bedoeld zijn. De gedachte dat zachtmoedigheid te maken zou hebben met tolerantie, toegevendheid, of mensenvrees is een misser, die verwarrend kan werken.
Jezus was moedig in God tegenover de Farizeeën, maar Hij was zacht in Zichzelf, dat wil zeggen: altijd ontvankelijk voor en afgestemd op het spreken van de Vader. Dat gold ook voor het hoe en wanneer Hij zoiets moest zeggen als “adderengebroed”. Jezus doorzag de werking van religieuze, wettische en keiharde geesten en Stefanus onderkende deze weerspannige machten ook (Hand.7:51). Zij baden allebei: “Vader vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen” en “Here, reken hun deze zonde niet toe”. Daarin proef je hun liefde en houding naar mensen, die zich helaas door machten der duisternis lieten dirigeren.
Jezus zei nooit iets uit eigen wil of op eigen aandrang! Hij nam altijd met een zacht hart het woord van de Vader aan en dat sprak Hij!
Ook wij zullen noch een zachtgekookt “eitje” of een zogenaamd “watje” zijn in onze opstelling, noch een stoere, steile persoon die hard geworden is in leerstelligheid zonder leven. Laten wij niet links of rechts afwijken door OF “soft” en toegeeflijk te zijn zonder pittige eigen identiteit, OF superieure “hardliners” te worden, die de leer goed op een rijtje hebben, maar een zachtmoedige, ootmoedige en ontvankelijke houding in hun leven missen. De “hardmoedigheid” van de geest van Edom doet zich dan mogelijk gelden en in een elitaire houding kan men zich vervreemden en isoleren van andere broeders, die toch voluit de weg van Jezus willen gaan. Deze “hardmoedigheid” staat nauwelijks open voor het zich laten corrigeren, want men weet alles zelf zo goed.
De geest van zachtmoedigheid in de praktijk
Hoe is het met ons? Willen wij graag ALLE vuilheid en ALLE uitwas van boosheid afleggen en nemen wij met zachtmoedigheid het in ons geplante woord aan dat onze zielen kan behouden? (Jak.1:21). En als het woord komt via de raad of vermaning van een ander ben ik dan zo zacht en zo moedig om het aan te nemen en het in mij te laten planten? Hoe treed ik op tegenover anderen? Toen sommigen van mening waren dat Paulus naar het vlees leefde, deed hij nota bene een beroep op hen bij de zachtmoedigheid en vriendelijkheid van Christus! (2 Kor.10:1-2).
Als wij geestelijk willen zijn of worden, dan moeten we leren terecht te helpen in een geest van zachtmoedigheid, ziende op onszelf (Gal.6:1). (Merk op dat hier niet gesproken wordt over de ander met het vingertje terechtwijzen vanuit een harde, eigenlijk hautaine houding). Daar is moed in God voor nodig, Geestkracht, maar tegelijkertijd een zachte, ootmoedige houding ziende op mijzelf, want ik mocht ook eens in verzoeking komen.
Wel is duidelijk uit de tekstgedeelte dat zachtmoedigheid een scherp signaleren inhoudt zonder bang te zijn, om zonodig te confronteren. Daarom lezen we ook: “een dienstknecht des Heren moet niet twisten, maar vriendelijk zijn jegens allen, bekwaam om te onderwijzen, geduldig, met zachtmoedigheid de dwarsdrijvers bestraffende” (2 Tim.2:24-25). De gang van zaken wordt dus met het toepassen van zachtmoedigheid niet op zijn beloop gelaten. In een conflictsituatie zijn zachtmoedigen geen onderdeel van het probleem, maar onderdeel tot een oplossing! Zij zijn niet uit op het halen van hun recht en gelijk, maar pleiten voor billijke en eerlijke verhoudingen.
“Rekkelijken” en “preciezen”
“Superradicalen”, die rechtlijning en precies zijn in de leer, kunnen fanatiek worden en vele anderen maar slap vinden. Men is dan “hardmoedig” geworden: hard in zichzelf, bijna onvermaanbaar en oncorrigeerbaar (want met het Woord en wellicht belijdenisgeschriften of een boek van een voorman in de hand zegt men: “wij zijn het meest zuiver in de leer”, OF met een beroep op de Geest in het extreem charismatische doorgetrokken luidt het: “De Heer zegt dit en de Heer zegt dat” en een hoger beroep is daarbij niet mogelijk). Zogenaamd zijn zulke mensen moedig en fier in God, maar er zitten tevens machten der duisternis op het vinkentouw. De meest nauwen in de leer staan in het gevaar van het alleen (denken te) weten en dit kan leiden tot, of een voedingsbodem worden van sektarisme (enigszins gechargeerd gezegd: “bij onze gemeente begint de victorie”!).
In tegenstelling daarmee worden anderen zo “rekkelijk”of “gematigd” dat ze in valse bescheidenheid de bijbelse leer relativeren en identiteitsverlies lijden door hun (te) ruime opstelling op het (al te) brede evangelische of charismatische erf. Er kan terrein worden prijsgegeven door te verflauwen in de strijd in de hemelse gewesten door het “kalmpjes aan” te doen. Natuurlijk kunnen allerlei charismatische groepen niet zomaar gelijkgeschakeld worden als men daar niet naast de werking van heilige Geest tevens de radar inschakelt tot onderscheiding van andere geesten, die er tussendoor proberen te werken.
De geest van zachtmoedigheid verenigt het spanningsveld tussen “rekkelijken” en “preciezen”. Zij zorgt voor een evenwicht tussen enerzijds moedig en radicaal zijn zonder door te slaan in fanatisme EN anderzijds zacht en gematigd te zijn zonder te verflauwen tot een gezapige of lauwe levensinstelling als christen. Zachtmoedigheid is het klimaat waarin broederschap volop kan gedijen!
Broederschap
Het gaat erom zacht te zijn ten opzichte van de zwakke, de geknakte en de ontmoedigde mens. Zijn wij daarin VOL van ontferming? Is onze houding lieflijk of arrogant? Merken wij een gebrek aan interesse en bekommeren wij ons weinig om zulke mensen? Van deze onverschillige, laat-maar-gaan-houding mogen we vrij worden, om voor anderen te leven. “Wat kan mij dat schelen” en “wat kan mij hem/haar schelen”zijn geluiden die uit gaan sterven in de gemeente van de levende God. Het zijn immers uitingen van de geest van Edom, die het medelijden wil verstikken! Deze geest drukt broederschap weg!
Kan ik met een zacht en ontvankelijk hart Gods stem verstaan, als die mij wijst op nog harde, ongevoelige plekken? Er bestaan vele soorten van hardheid, zoals onverdraagzaamheid, negatieve kritiek, weerspannigheid en gebrek aan bewogenheid zonder warme ontferming. Laten wij niet op een menselijke wijze sterk zijn en het allemaal goed menen te weten volgens een koele, gestolde waarheid, waarin liefde en leven al te zeer ontbreken. Van harte zachtmoedig worden door de heilige Geest, dát trekt aan! Ook hen die misschien nog slap zijn, in plaats van moedig in God. Denk aan Gods heerlijke belofte: “Ik zal het hinkende verlossen en het verstrooide verlossen en het verstrooide zal Ik verzamelen” (Sef.3:19).
Laten wij onszelf onderzoeken en aanpakken, om ons geestelijk krachtig op te stellen tegenover de werking van machten der duisternis, waaronder de geest van Edom, die broeders uit elkaar houdt! Dan kunnen wij leren met goddelijke mildheid te handelen ten opzichte van anderen en van harte broederschap stimuleren!
Immers, gelukkig zijn de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde beërven (Matth.5:5). Zij worden nu opgeleid, dat wil zeggen gereinigd en bevrijd van elke hardheid en slapheid en zo geschikt gemaakt om met Jezus Christus mee te regeren!
Jildert de Boer
Geef een reactie