Het spreken in tongen is nuttig deel 2
HET SPREKEN IN TONGEN IS NUTTIG
deel 2
In tongen spreken en een vernieuwde tong
Geheimenissen tot God spreken
Onder de gaven van de Geest is die van het spreken in tongen vooral tot zelfopbouw (1 Kor. 14:4a). “Want wie in een tong spreekt, spreekt niet tot mensen, maar tot God, want niemand verstaat het; door de Geest spreekt hij geheimenissen (1 Kor. 14:2). Mijn eigen verstand blijft onvruchtbaar, dat wil zeggen: terwijl mijn geest bidt, is mijn verstand de niet-begrijpende toeschouwer (1 Kor. 14:14). Mijn verstand is dus niet helemaal, of beter gezegd: helemaal niet op nul gezet, zoals sommigen aannemen.
Wie in tongen spreekt of profeteert heeft daar controle over
Om in tongen te spreken, is dus geen toestand van extase nodig, zoals sommigen per abuis menen. Men kan ermee beginnen en er ook weer mee stoppen. Onze wil is bij het spreken in tongen niet uitgeschakeld. Net zoals bij profetie geldt: “de geesten der profeten zijn aan de profeten onderworpen” (1 Kor. 14:32). Degene die gedrongen wordt te profeteren, kan dit inhouden, omdat hij de orde niet wil verstoren, “want God is geen God van wanorde, maar van vrede” (1 Kor. 14:33). Met een wat kras, maar duidelijk voorbeeld uit de natuurlijke wereld kunnen we zeggen dat als iemand naar de W.C. moet, dat dit dan niet per se direct hoeft of moet, maar dat dit best een poosje ingehouden kan worden. Met excuses voor deze typische illustratie. Toen ik dit aparte voorbeeld doorgaf, reikte iemand mij als tip aan: als je jeuk hebt, kun je kiezen om direct te krabben. Je kunt het krabben ook uitstellen en besluiten het later te doen of niet. Hoewel elke vergelijking enigszins mank gaat, hebben wij op vergelijkbare wijze controle over het spreken in tongen.
Ordelijk en met uitlegging in de gemeentesamenkomst
De slotconclusie luidt: “Zo dan, mijn broeders, streeft ernaar te profeteren en belemmert het spreken in tongen niet. Laat alles betamelijk en in goede orde geschieden” (1 Kor. 14:39-40). Omdat andere mensen de inhoud van de tongentaal niet kunnen volgen, is in de samenkomst van de gemeente uitlegging of vertolking van een tong nodig (1 Kor. 14:5,13,16-17,28), zodat door de interpretatie van de boodschap in tongen de gemeente opgebouwd kan worden.
Een wapen tegen de boze
Tevens houdt dit spreken in geheimenissen tot God (1 Kor. 14:2) in, dat privé-bidden in tongen – bidden met mijn geest, zegt 1 Kor. 14:15 – als regel niet verstaan of begrepen wordt door satan. Het is dus een ‘geheim wapen’ in de strijd tegen de vijand! Niet voor niets staat het spreken in nieuwe tongen in Marcus 16:17 pal tussen het uitdrijven van boze geesten en het opnemen van slangen! Wie enigerlei weet heeft van het op de bres staan voor iemand in voorbede, wordt haast intuïtief door de Geest geleid om daarbij ook tongentaal als een wapen te hanteren.
Talen van mensen en van engelen
In tongen spreken gebeurt in talen van mensen en/of engelen (1 Kor. 13:1). De hoofdregel is dat tongentaal niet verstaan wordt, zoals 1 Korinthe 14 aangeeft. Op de eerste pinksterdag was dit echter wel het geval: “Wij horen ieder van hen in onze eigen taal van de grote daden Gods spreken” (dit kan zowel een spreek- als een hoorwonder zijn) (Hand. 2:11). Als zeer incidentele uitzondering zien we ook nu nog dat het kan gebeuren dat een aanwezige een uitgesproken tong in eigen, menselijke moedertaal verstaat en via de inhoud door God aangeraakt wordt. Zo kan het ook plaatsvinden dat een tong in engelentaal wel begrepen wordt door goede engelen die ons als dienende geesten te hulp komen (naar Hebr. 1:14), dan wel als werking erg onprettig wordt ervaren door boze engelen die sidderen (vergelijk Jak. 2:19). De hoofdregel blijft: “Wie in een tong spreekt, spreekt niet tot mensen, maar tot God, want niemand verstaat het; door de Geest spreekt hij geheimenissen” (1 Kor. 14:2).
Voorbede in tongentaal
Daarbij komt nog dat wij vaak niet weten wat we zullen bidden of hoe we voorbede zullen doen naar behoren (in het Nederlands met ons verstand), zodat de Geest Zélf voor ons kan pleiten met onuitsprekelijke verzuchtingen en zo onze zwakheid te hulp kan komen. En Hij, die de harten doorzoekt, weet de bedoeling des Geestes, dat Hij namelijk naar de wil van God voor heiligen pleit (Rom. 8:26-27).
Bidden in de Geest
In de geestelijke wapenrusting noemt Paulus het bidden in de Geest, waarbij hij niet alleen, maar zeker ook gedacht zal hebben aan het spreken in tongen (Ef. 6:18), dat hij zelf zo vaak in zijn persoonlijk leven toepaste (1 Kor. 14:18). Ook in de Judasbrief wordt de uitdrukking “bidden met mijn geest” (1 Kor. 14:15) gebruikt, namelijk: “Maar gij geliefden, bewaart uzelf in de liefde Gods, door uzelf op te bouwen in uw allerheiligst geloof en door te bidden in de heilige Geest, verwachtende de ontferming van onze Here Jezus Christus ten eeuwigen leven” (Judas 20-21). De waarde van dit bidden in tongen is ook hier weergegeven met het jezelf opbouwen in je geloof.
In de geestelijke strijd tongentaal benutten
Paulus geeft in Ef. 6:18-19 aan dat hij het nodig heeft dat mensen voortdurend voor hem bidden in de Geest om vrijmoedigheid te hebben als hij het evangelie verkondigt, Zo kunnen wij onze broeders en zusters versterken door te bidden in de geest. Judas 20-22 geeft aan dat wij onszelf opbouwen door te bidden in heilige Geest. Het is een prachtige manier om Gods kracht te ontvangen, zodat we steeds meer in vrijmoedigheid aan het front kunnen staan om in barmhartigheid twijfelaars te overtuigen en in wijsheid en liefde mensen te kunnen confronteren die een duidelijk zondig leven leiden. Want Hij heeft alle heerlijkheid, majesteit en kracht en macht (Judas 23-25).
Wanneer wij door satan aangeklaagd worden of hij valt ons aan met gedachten van ontmoediging of depressieve gevoelens, dan is het goed en nuttig onszelf bewust op te bouwen door te bidden in onze eigen taal, maar eveneens door het bidden in tongen. Bij drukte op je werk kun je – terwijl je ondertussen bezig bent met aardse dingen – in stilte in de geest bidden, dan komt er een rust en verademing over je (Jes. 28:11-12). Het is niet de bedoeling dat we geleefd worden door stress op ons werk en de bewuste toepassing van tongentaal is nuttig in zulke omstandigheden. Het kan voorkomen dat je alleen thuis bent en de aanklager komt. De duivel wil dat je gaat zitten kniezen, zodat er als het ware een ‘wolkendek’ vanuit de geestelijke wereld op je valt. Dan kan er in deze belaging van de vijand een doorbraak komen door in tongen te bidden en te strijden, waardoor je ervaart: er komt verademing! Dan kom je er doorheen en kun je zo’n ‘wolkendek’ in Jezus’ naam verdrijven.
Hoe tongentaal in de praktijk werkt
Is het ingewikkeld om na de doop in de heilige Geest in tongen te gaan spreken? Nee, maar er is sprake van veel onkunde en onwetendheid op dit gebied. Tongentaal is een kwestie van je over te geven in de stroom van de heilige Geest. Het functioneert in de combinatie van de menselijke geest met Gods Geest.
Dat doe je niet door je lippen en je kiezen krampachtig op elkaar te klemmen. Evenmin door angstvallig op de rem te trappen met menselijke bedenkingen en bezwaren tegen het spreken in tongen. Gods Geest forceert niets door geweld (Zach. 4:6). Zonder de Geest kunnen wij niet in tongen spreken, maar zonder ons wil de Geest niet dat wij in tongen spreken. De Geest van God wil het door ons heen doen, nooit zonder ons! Niet buiten ons om, maar door ons heen! Het is de (menselijke) geest, die in tongen bidt (1 Kor. 14:14-15), maar de gevormde woorden zijn “zoals de Geest het hun gaf uit te spreken” (Hand. 2:4b). Daarom is het helemaal niet nodig dat sommigen op dit punt reserves houden. Verre daarvan! Met een gereserveerde, afstandelijke houding is men niet ontvankelijk voor wat de Here wil geven.
Open en ontspannen houding
Het gaat om de open, ontspannen houding: “Doe uw mond wijd open en Ik zal hem vullen” (Ps. 81:11c). In geloof doe ik mijn mond open om God groot te maken in onze moedertaal en in nieuwe tongen, waartoe God de inspiratie geeft (Hand. 10:46). Als je in je moedertaal God wilt prijzen, dan ben je beperkt. Je komt snel aan het eind van je ‘Latijn’ en dan mag je overgaan in geestestalen (1 Kor. 13:1; 1 Kor. 14:15).
Over de drempel heen tot opbouw van je geloof
Als Gods Woord spreekt over je verheugen “met een onuitsprekelijke en verheerlijkte vreugde” (1 Petr. 1:8b), dan kun je niet meer toe met je moedertaal alleen. Je staat op de drempel om in tongen te spreken, zoals menigeen de tongentaal te midden van een lofprijzing heeft ontvangen door daarin over te gaan. Bij tongentaal staat je verstand dan heel rustig toe te kijken en snapt de inhoud niet (1 Kor. 14:14), maar je spreekt geheimenissen door de Geest en je merkt wel degelijk: ik word opgebouwd! (1 Kor. 14:2,4a). Het kost strijd om altijd positief te blijven en altijd goede moed te hebben, maar het is voluit mogelijk! Gebruik daarom dit middel om jezelf op te bouwen! Paulus benutte deze mogelijkheid ten volle en hij drukt dit uit met de woorden: “Ik dank God, dat ik meer dan gij allen in tongen spreek” (1 Kor. 14:18).
Meer dan alleen in tongen spreken
Op een bepaalde samenkomst sprak ik eens in ‘nieuwe tongen’ en een ander legde de tong uit, tot opbouw van de aanwezigen. Vlak daarna kwam ik thuis en begon al gauw in ‘oude tongen’ tegen mijn vrouw en kinderen te spreken. Ineens kreeg ik licht van God hierover: dit klopt helemaal niet met elkaar! In de samenkomst had ik een geestelijke uiting doorgegeven en in mijn gezin vervolgens een vleselijke uiting gedemonstreerd. Op Goeree-Overflakkee liggen twee plaatsen Oude Tonge en Nieuwe Tonge vlakbij elkaar. Nu merkte ik dat deze twee dingen ook in mijn leven vlak bij elkaar kunnen liggen!
Nog veel heerlijker dan slechts in tongen te spreken is: “Wie in zijn spreken niet struikelt, is een volmaakt man, in staat zelfs zijn gehele lichaam in toom te houden” (Jak. 3:2). Ik leer dan niet slechts te komen tot ‘algemeen beschaafd Nederlands’, dat voor sommige christenen nog een hele toer is, maar tot goede woorden tot opbouw waar dit nuttig is (Ef. 4:29). In alles, altijd en overal woorden als van God te spreken (1 Petr. 4:11) en vrij te komen van elke ijdel woord (Matt. 12:36-37). Dat is schitterend! Wat een weg om te gaan achter onze Meester aan!
Zonden van de tong
Dit gaat absoluut veel verder dan tongentaal alleen! Dan ontdek ik de waarheid over het vuur van mijn tong – de wereld van ongerechtigheid, een onberekenbaar kwaad – die in vlam gezet kan worden door de hel (Jak. 3:6-8). “Velen zijn gevallen door de scherpte des zwaards, maar niet zo velen als er gevallen zijn door de tong, die vol dodelijk venijn is” (Het apocriefe boek Jezus Sirach 28:20). Denk eens in: kwaadspreken, steken onder water geven, grootspreken, mopperen, verwijten, geïrriteerd reageren, kritiek spuien, heftig je eigen gelijk verdedigen, fel je mening geven, het laatste woord willen hebben, overmatig spreken, kleinerend over iemand spreken, losse en zotte taal, spreken uit bemoeizucht, een klein leugentje, enzovoort. Wat geweldig heerlijk om op al deze gebieden grondig en voortdurend overwinning te krijgen en onze tong te laten besturen door Gods kracht. Onze tong kan immers ook in vlam gezet worden door de hemel! Geve God ons voortdurend een wacht voor onze lippen! “Er zijn er wier gepraat werkt als dolksteken, maar de tong der wijzen brengt genezing aan” (Spreuk. 12:18).
Eén leven leven
In de naam van Jezus boze geesten uitdrijven en zieken de handen opleggen tot genezing zijn belangrijke bijbelse opdrachten. Toch is dat niet het toppunt. In de naam van Jezus alles te doen in woord of werk, is zonder meer heerlijker (Kol. 3:17). “Wat gij ook doet, verricht uw werk van harte als voor de Here en niet voor mensen” (Kol. 3:23). Het gaat erom alles ter ere van God te doen (1 Kor. 10:31). Dit is het ware christelijke ‘fulltimerschap’. Dienen met de afwas tot Gods eer is niet van minder gewicht als dienen door middel van handoplegging tot zegen van anderen. Vernieuwd met je vrouw spreken (en luisteren) is even ‘gewichtig’, van minstens even groot belang, als in nieuwe tongen tot God spreken.
Er kunnen ‘vakjes’ in ons leven zijn, bijvoorbeeld het hanteren van een soort scheiding tussen ‘geestelijk’ en ‘natuurlijk’. Het zogenaamde geestelijke is: bidden, Bijbellezen, samenkomst bezoeken, getuigen en het zogenaamde natuurlijke is: kinderen, werk, huishouden, enz. Een christen leeft echter één leven in deze twee werelden tegelijk. Hij is met zijn lichaam op aarde en oefent daar zijn taak uit en met zijn geest is hij tevens in de hemelse gewesten of hemelsferen en bedenkt de dingen die boven zijn, waar Christus is (Ef. 2:6; Kol. 3:1-3).
Een geestelijk mens is natuurlijk
Als het natuurlijke geestelijk wordt, dat wil zeggen dat je in het gewone dagelijkse leven vernieuwd wordt in gedachten, spreken en handelen, dan krijg je één leven tot Gods eer. Als het geestelijke natuurlijk wordt, dan ver-dwijnt alle schijn en opgeklopt geestelijk willen zijn en krijg je één ongekunsteld en echt leven tot lof en heerlijkheid van God. Het komen tot ‘één leven’ is erg belangrijk en dan wordt alles eenvoudig. Laten we het niet gering achten in het kleinste en het minste getrouw te zijn, zowel in ons doen als in ons spreken. Laten we op maandagmorgen dezelfde zijn als op zondagmorgen in de christelijke gemeente. Spreken in tongen is goed, maar in heel ons spreken gezond worden is zoveel te beter voor onszelf en voor de ander. Als we onze tong niet in toom houden, dan is onze godsdienst waardeloos, ijdel, tevergeefs (Jak. 1:26, div. vert.). “En al wat gij doet met woord of werk, doet het alles in de naam des Heren Jezus, God, de Vader, dankende door Hem” (Kol. 3:17).
Jildert de Boer
Geef een reactie