Leven in de hemelse gewesten
LEVEN IN DE HEMELSE GEWESTEN
Waar wonen wij?
Het is de grote vraag of we aardsgezind zijn, óf een burger van een rijk in de hemelen (Fil. 3:19-20). De Openbaring aan Johannes spreekt over twee categorieën: “hen die in de hemel wonen” en “hen die op de aarde wonen”.
Openb. 12:12 zegt:” Verheugt u gij hemelen en wie daarin wonen…” Vroeger dacht ik bij dergelijke uitspraken uitsluitend aan de engelen (Openb. 12:7), maar het gaat hier over de zonen Gods, die de aanklager overwinnen (Openb. 12:11). Hierin schuilt een groot geheim, namelijk: dat onze inwendige mens kan vertoeven in de hemelse gewesten (Ef. 2:6), terwijl onze voeten op aarde staan. Met deze heerlijke plaats in Christus staan wij boven alle overheid en macht en kracht en heerschappij (Ef. 1:21, vgl. bijv. Ps. 18:49; Ps. 27:6). Hier geldt: “Bedenk de dingen die boven zijn, waar Christus is, niet die op de aarde zijn (Kol. 3:1-2). Als de Meester leven we in beide dimensies. Van Jezus Christus tijdens zijn aardse loop lezen we tegelijkertijd “De Zoon des mensen, die in de hemel is” (Joh. 3:13, St.Vert.). Hij leefde van bovenuit door de gemeenschap met zijn Vader. Tot dat heerlijke zijn ook wij geroepen: “Zoals de hemelse is, zijn ook de hemelsen” (1 Kor. 15:48b).
Aards georiënteerd?
Velen die zich naar Christus noemen, hebben het “met Hem opgewekt zijn“ niet beleefd, want zij zoeken het hemelse niet. In hun leven en spreken is voortdurend te merken hoe aardsgericht en aards geïnteresseerd ze zijn. Het is de boze geesten er dan ook om te doen – als zij de christen niet tot zonde kunnen verleiden – hem zoveel mogelijk met het aardse te doen bezig zijn. We denken bijv. aan vakanties, sporten, muziek, lectuur, weldoortimmerde huizen, amusement, hobby’s, etentjes, enz.
Het is duidelijk dat – wanneer het niet over zondige dingen gaat – we geen regels en wetten kunnen stellen. De heilige Geest zal ons hierin dienen te leiden! Hoe investeren we onze tijd? Wil ik godsvrucht vóór én in alles?
Het is zonneklaar dat de eerste slag geleverd wordt in ons denken! Dáár zoekt de overste der wereld aangrijpingspunten en daar tracht hij ons naar beneden te zuigen, zodat ons leven in wezen door de aarde beheerst wordt. Lukt dit, dan zijn we vijanden van het kruis, want van zelf het kruis opnemen komt niets (Fil. 3:17-20). Zodoende blijven we een speelbal van geestesmachten, van aardse geneugten en van de wisselende, menselijke omstandigheden. Gods bedoeling is evenwel: beheerst worden van boven!
Hemels denken
Hoe heerlijk om met vleugels als van arenden te mogen ‘opwieken’ en onze omstandigheden van bovenuit te zien, vanuit Gods oogpunt te bekijken. Zodoende word je niet moe of mat (Jes. 40:31), integendeel: je put nieuwe kracht, omdat je de Here verwacht!
Waar onze gedachten zijn, dát bepaalt alles. Woont Gods Woord rijkelijk in mij (Kol.3:16), dan zijn mijn gedachten daarmee vervuld en zo krijg ik levende woorden en kracht om te strijden en te overwinnen in de situaties van mijn leven. Hoe belangrijk is het dus, waarmee ik mijn gedachten voed! Topprioriteit dus om eraan te werken geen Woord-armoede te hebben en de tijd te nemen voor Gods Woord in mijn leven.
Trouw in de strijd
Het is zaak trouw te zijn in het gedachtenleven! Er zijn immers velerlei geestesmachten die een invalspoort zoeken, om op de akker van het vlees te zaaien. Denk bijv. aan onreine fantasieën, jaloerse gedachten, kwade vermoedens, e.v.a. Hoe nodig is het om waakzaam te blijven en niet toe te geven aan het vleselijke en wereldse denken, waardoor de boze vat op ons probeert te krijgen. Hier zullen we de goede strijd des geloofs strijden! (1 Tim. 6:12). Wat maakt die strijd goed? Als we strijden met geloof en met een goed geweten (1 Tim. 1:19). Zonder geloof is de strijd een verloren zaak. Zonder goed geweten strijden we verkeerd, want dan heeft de knagende stem van de aanklager nog macht.
Hemels leven op aarde
“Onze wandel is in de hemelen” (Fil.3:20, St.Vert.). Wanneer we dit vrijmoedig getuigen en uitleven, zal men ongetwijfeld denken of zeggen: “wat doen jullie dan nog hier, jullie zijn overgeestelijk”. Het is echter juist de bedoeling, dat wij het hemelse, goddelijke leven op aarde openbaren: op ons werk, op school, in het gezin en overal. Daar is niets zweverigs aan.
We raken gegrepen van het woord uit het zogenaamde Onze Vader: “Uw koninkrijk kome, Uw wil geschiede gelijk in de hemel alzo ook op aarde” (Matth. 6:10). Gods wezen is liefde en deze goddelijke natuur kunnen wij als vrucht van de Geest op aarde openbaren. Verzaken we echter de eerste liefde tot Hem en tot elkaar, dan vallen we van onze hoogte, van ons goddelijke, hemelse nivo, vanuit de hemelse gewesten op aarde (Openb. 2:4-5). Raken we uit de liefde, dan heeft satan een wig tussen broeders kunnen drijven, het vleselijke krijgt macht en de zonde wordt altijd bij de ander gezocht, in plaats van dat we onszelf te zien krijgen en wat er van de vijand tussendoor wil spelen. Dan ontstaan er reacties vanuit het vlees. Hier gaat het erom te zien dat er slechts één gemeenschappelijke vijand is (de duivel) en dat we nooit tegen vlees en bloed (andere mensen) strijden (Ef. 6:12). En dit gebod hebben wij van Hem: “Wie God liefheeft, moet ook zijn broeders liefhebben (1 Joh. 4:21).
Komen we tot deze liefdesgemeenschap, dan ervaren we de hemel op aarde! Leven we werkelijk vanuit de hemel, waar ons hoofd Christus is, dan zijn scheuringen ondenkbaar, omdat Hij ons leven beheerst en ons leven wordt. Het is een wandel op de ‘hoge weg’, daar zal een gebaande weg zijn, die de heilige weg genaamd wordt; geen onreine zal die betreden.(Jes. 35:8).
Wanneer Christus verschijnt, DIE ONS LEVEN IS (is dat echt zó?), zult ook gij met Hem verschijnen in heerlijkheid (Kol. 3:4).
Nu geldt op aarde: “Hieraan zullen allen weten, dat gij discipelen van Mij zijt, indien gij liefde hebt onder elkander” (Joh. 13:35). Deze liefde is ‘in de hemel geboren’ en door God in onze harten uitgestort door de heilige Geest (Rom. 5:5).
Jildert de Boer
Geef een reactie