Op zoek naar waar geluk (evangelisatietractaat Jan van Gijs)

Jezus zei tot haar: “Terecht zegt gij: ik heb geen man; want gij hebt vijf mannen gehad en die gij nu hebt, is uw man niet.”

(Joh. 4:17-18)

Met verbazing moeten de engelen hebben neergezien op het bijzondere tafereel, dat ons in het begin van Johannes 4 geschilderd wordt.

Daar, ver beneden zich, zagen zij hun Meester, ontdaan van alle heerlijkheid en luister.  Christus, hun Schepper, zat daar als een vermoeid en dorstig mensenkind op de rand van de Jacobsbron, vlak bij het stadje Sichem.

Een lange voetreis had Hij er voor over gehad om de vrouw te ontmoeten, die daar nu tegenover Hem stond.

En de vraag waarmee Hij het gesprek op gang bracht, was een door en door menselijk vraag namelijk: “Geef Mij te drinken”.

Mogelijk weet u wel,  waarom die vrouw op dat ongebruikelijke uur, terwijl de zon hoog aan de hemel stond, naar de bron wandelde om water te putten.  Ze was een vrouw met een verleden!

Er werd al genoeg over haar gekletst; vandaar dat ze de drukte liever wilde vermijden. Het was overigens geen wonder dat zij in Sichem nogal over de tong ging, want ze was maar liefst vijfmaal getrouwd geweest en nu leefde ze samen met nummer zes …

Maar juist daarom moeten wij er goed op acht geven, hoe de Heiland met haar omgaat.

Hij wist wie zij was.  Voor háár was Hij immers helemaal hier naar toe gekomen. Dat blijkt uit Johannes 4:4 waar staat: “En Hij moest door Samaria gaan.”

Jezus werd geleid door de heilige Geest en de liefde van deze Geest drong Hem om door Samaria naar het plaatsje Sichem te lopen.

De gebruikelijke weg voor de Jood die van Judea naar Galilea reisde, liep door het zogenaamde Over-Jordaanse.  Met de Samaritanen wilde men het liefst zo min mogelijk contact hebben.  De Heiland reisde echter speciaal langs Sichem om daar – bij de Jacobsbron – deze vrouw met haar vastgelopen leven te ontmoeten!

Bij het lezen van de bijbel valt het ons steeds weer op, dat God zo geheel anders denkt en oordeelt dan de mensen.  Ook wij, christenen, gaan nog maar al te vaak enkel op de buitenkant af, als wij ons een mening vormen over onze naaste.

God daarentegen kijkt altijd naar de binnenkant.  Hij ziet het hart aan!

Het leven van de Samaritaanse vrouw was voor de Here Jezus als een opengeslagen boek, maar toch maakte Hij haar geen enkel verwijt.  Hij préékte niet tegen haar, doch stootte onmiddellijk door tot de drijfveer van haar daden, tot de oorzaak van haar nood

Deze vrouw was vijf maal getrouwd geweest.   Ze had zich natuurlijk veel voorgesteld van dat eerste huwelijk.  Het leek allemaal zo mooi en romantisch.  Nú zou ze gelukkig worden …

Maar ach, dat hele huwelijk werd een één grote teleurstelling.  En enkel om over die teleurstelling heen te komen, was ze daarna opnieuw getrouwd.  Waarschijnlijk met wat minder idealen, doch met dezelfde hunkering naar geluk.  Maar het geluk waarnaar zij zo dorstte, had ze ook toen niet gevonden.

En zo kwam ze tot een 3e, een 4e en zelfs tot een 5e huwelijk.  Toen zag ze een huwelijk niet meer zitten en ging ze samenwonen.

Het lijkt wel alsof die dorst naar geluk na iedere teleurstelling nog stèrker werd bij haar!

Ik ben blij dat de Heiland zich niet liet afschrikken door vooroordelen.  Hij keek vèrder dan de buitenkant!

De grote Heelmeester overzag dit vastgelopen leven en stelde dadelijk de juiste diagnose vast: het was de dorst naar waarachtig geluk, die deze vrouw van het ene huwelijk in het andere had gedreven.

En daarom sprak Hij met haar over het lévende water, dat haar dorst voor altijd zou kunnen lessen!

Nog nooit had de Samaritaanse vrouw zulke wonderlijke woorden gehoord.  Met een wijd geopend hart luisterde zij naar de Heer en met gretige teugen drònk zij van het levende water dat Hij haar gaf.

Toen gingen de engelen opeens begrijpen waarom hun Meester die lange, vermoeiende tocht had ondernomen.  Juichend van vreugde keerden zij terug naar de Troon, om daar God te prijzen en zich te verblijden over dit vastgelopen mensenkind, dat die dag het Leven en daarmee het waarachtige geluk had gevonden.

Er zijn tegenwoordig veel filmsterren met zo’n vastgelopen leven. Het is jammer van de tijd om naar hun vermaak te kijken.

Het levende water, dat Jezus te bieden heeft, is helder als kristal, verfrissend en dorstlessend.   Waarom dan drinken uit troebele bronnen?

Er staat overigens ook in de bijbel dat God de echtscheiding haat.

Dat neemt echter niet weg, dat in het hart van menige filmster toch nog een restje kan smeulen van dat zo echt menselijke verlangen naar waarachtig geluk.

Het is inderdaad heel menselijk om te verlangen naar echt geluk.  Daar hoeft men zich heus niet voor te generen; van nature is ieder mens een gelukzoeker.

Een beest is gewoonlijk al lang blij als het een volle buik heeft en een warme stal.  Maar wij, mensen, verlangen naar méér.  Dat verlangen, die hunkering naar geluk, heeft de Schepper Zelf in ons hart gelegd.

De doorsnee mens uit onze verlichte eeuw is volkomen vervreemd van de bijbel.  En ook een groot deel van hen, die nog niet geheel zijn losgemaakt van dat oude Boek, neemt in ieder geval het Paradijs-verhaal met een korreltje zout.  Dat is immers een Oosterse mythe …

En toch is die menselijke hunkering naar waarachtig geluk in feite niet anders dan een onbewust heimwee naar dat verloren Paradijs!

Je staat er versteld van,  op wat voor dwaze manier mensen  soms trachten gelukkig te worden.  Geld, drank en seksualiteit zijn misschien wel de bekendste terreinen waarop men het geluk (tevergeefs) pleegt te zoeken.

Jezus zei tegen de Samaritaanse:

13 Een ieder, die van dit water (uit aardse bronnen) drinkt,  zal weer dorst krijgen;

14 Maar wie gedronken heeft van het water, dat Ik hem zal geven, zal geen   dorst krijgen in eeuwigheid, maar het water, dat Ik hem zal geven, zal in hem worden tot een fontein van water, dat springt ten eeuwigen leven.

Deze woorden klonken als hemelse muziek in de oren van de vrouw.  En toen ze zei,  dat ze dat levende water wel wilde hebben, drong Jezus door tot de kern van haar probleemleven en zei tegen haar:  Ga heen, roep uw man en kom hier.

17 De vrouw antwoordde en zei: Ik heb geen man. Jezus zei tot haar:Terecht zegt gij: ik heb geen man;

18 Want gij hebt vijf mannen gehad en die gij nu hebt, is uw man niet; hierin   hebt gij de waarheid gesproken.

19 De vrouw zei tot Hem: Here, ik zie, dat Gij een profeet zijt.

De vrouw kreeg door, dat er een bijzonder mens voor haar stond. En toen Jezus meer vragen van haar beantwoordde, zei ze tegen Hem.

25 Ik weet, dat de Messias komt, die Christus genoemd wordt; wanneer die komt, zal Hij ons alles verkondigen.

En toen zei Jezus tegen haar: Ik, die met u spreek, ben het.

Nicodemus:

Een gelukzoeker van een ander kaliber kwam in de donkerte van de avondschemering tot Jezus om met Hem te praten. Deze gelukzoeker was een zeer godsdienstig man en hij was niet de eerste de beste.  De Here Jezus noemde hem: de leraar van Israël.

Ondanks zijn godsdienstigheid maakte de Here hem tot tweemaal toe duidelijk dat een mens “wedergeboren” moet worden om het Koninkrijk  Gods te kunnen binnengaan.

Daar begreep deze leraar van Israël niets van en hij vroeg dan ook aan Jezus: Hoe kan zoiets plaatsvinden … moet een mens dan opnieuw uit de moederschoot geboren worden?

Het antwoord van Jezus was duidelijk:

Joh. 3:5  Tenzij iemand geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk Gods niet binnengaan.

Water heeft een reinigende funktie en de Geest heeft een levendmakende funktie; daarvan profeteerde de profeet Ezechiël al in zijn boek 36:25/27 waar staat:

25 Ik zal rein water over u sprengen, en gij zult rein worden; van al uw onreinheden en van al uw afgoden zal Ik u reinigen.

26 Een nieuw hart zal Ik u geven en een nieuwe geest in uw binnenste; het hart van steen zal Ik uit uw lichaam verwijderen en Ik zal u een hart van  vlees geven.

27 Mijn Geest zal Ik in uw binnenste geven en maken, dat gij naar mijn inzettingen wandelt en naarstig mijn verordeningen onderhoudt.

Om wedergeboren te worden, kun je bijvoorbeeld in een persoonlijk gebed zeggen:

Heer Jezus, dank dat u ook voor mij gestorven bent aan het kruis op Golgotha.  Vergeef al mijn zonden door uw vergoten bloed. 

Ik neem u aan als mijn persoonlijke Verlosser en Zaligmaker.

Ik neem U aan als mijn Leidsman en Vriend.  Geef ook mij dat levende water in mijn binnenste door uw goede heilige Geest.  Amen.-

Vervolgens gaat Hij je verder reinigen van alles wat verkeerd is– door wat de bijbel zo noemt – het waterbad van het woord.  Schaf een bijbel aan, als je die nog niet hebt en laat het woord van God een reinigende werking op je uitoefenen.  Ga b.v. eens – om te beginnen – de eerste vier hoofdstukken uit het Johannes evangelie lezen.  Daarin lees je o.a. het verhaal over Nicodemus en de geschiedenis van de Samaritaanse vrouw.

Je hebt Jezus gevraagd of Hij door zijn Geest in je wilt komen wonen zoals we gelezen hebben in Ezechiël.

Ga niet af op je gevoel maar geloof in zijn woord dat zegt: “Bidt en gij zult ontvangen”.

Je ontvangt dan een nieuw hart en een nieuwe geest in je binnenste.  Je zult zijn innerlijke blijdschap en nabijheid gaan ervaren.  Hij zal je leren wat je wel en wat je niet moet doen en ga telkens weer tot Hem in gebed om raad te vragen als je die nodig hebt.

Hij bevrijdt van alles wat een mens kan binden. Je wordt een nieuw mens: een opnieuw geboren mens!

Jan van Gijs (bewerking Izaäk Venema)

 

 

 

 

 

 

(Ruimte voor stempel)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *